Komische films in het algemeen

Behalve drama en geweld zijn films natuurlijk ook geschikt om andere menselijke emoties mee op t e wekken. Zo is humor ook een basale menselijke emotie die films veelal proberen aan te spreken. Sinds mensenheugenis bestaan er vormen van vermaak die mensen proberen aan het lachen te maken; denk bijvoorbeeld aan middeleeuwse kluchten. Komische films, ook wel komedies of comedies genoemd, zijn eigenlijk een voortzetting van deze traditie van menselijk vermaak.

De komische film bestaat al lang als filmgenre. Zelfs toen de film nog maar net was uitgevonden als nieuw medium voor vermaak, waren er al komische acteurs en filmmakers. Denk bijvoorbeeld aan Charlie Chaplin, een bekende acteur uit het Verenigd Koninkrijk die bekend werd in de Verenigde Staten (en wereldwijd) in de jaren ’30 als acteur in zogenaamde stomme films (films zonder geluid). Door slapstick-achtige scénes te spelen, en fysieke grappen te maken als mime-speler, kon Charlie Chaplin zelfs zonder gesproken tekst een groot en divers publiek aan het lachen krijgen. Zo imiteerde hij op een bekende en hilarische manier Adolf Hitler in de komische film the Great Dicator uit 1940.

Tegenwoordig is de techniek uiteraard wel ver genoeg gevorderd om films te produceren met geluid, waar komische film-makers gretig gebruik van maken. Veel komische films draaien om grappen waarbij taal een belangrijke rol speelt, zoals woordgrappen. Veel komische films draaien echter vooral op hilarische en komische situaties, waardoor komische films veelal zelfs als men de taal niet spreekt nog grappig kunnen zijn.

Ondanks dat komische films een groot budget hebben en razend populair zijn, worden ze onder filmmakers vaak nog niet voor vol aangezien. Zo is het bijvoorbeeld vrij zeldzaam dat een komedie een Oscar wint.